Goed partnerschap begint met een gedeeld visueel verlangen

Reflectieverslag MakeYourMind Meeting Transitions 16 mei 2019

Het begint met een sterk verlangen naar een ideaal dat in jouw ogen absoluut haalbaar moet zijn. Een verlangen dat vraagt om een no-nonsens mentaliteit. Een mentaliteit die altijd drie stappen vooruit loopt. Het is een kwestie van doen en niet te veel nadenken. Of zoals de Rotterdammers het zeggen “niet lullen, maar poetsen”. Emile van Rinsum – directeur van het Rotterdams Milieucentrum laat zien dat het in de praktijk ook echt zo werkt. Zijn idee dat er een akker op het dak van zijn kantoorgebouw moest komen werd hierdoor werkelijkheid.

Een gelijkgestemd gevoel op de DakAkker
Donderdagochtend 16 mei vond op de DakAkker een zeer geslaagde MakeYourMind Meeting Transitions plaats. Onder een verkwikkende voorjaarszonnetje, omgeven door veel groen en bloemen, verzamelden de deelnemers zich op dit unieke dak in Rotterdam. De groep bestond uit 21 – door hun idealen gedreven – gelijkgestemden. Idealen die transities op gang brengen en gemeenschappelijke uitdagingen kennen. Een van de deelnemers verwoordde dit doeltreffend: “We delen een enthousiasme en een prettig soort optimistische drammerigheid voor een betere wereld.”

Van Brooklyn tot Rotterdam
Deze gedrevenheid kwam ook goed tot uiting tijdens het bevlogen verhaal van Emile van Rinsum over het ontstaan van de DakAkker. Zijn verlangen om een akker op het platte dak te beginnen ‘ontkiemde’ toen hij met veel bewondering zag dat er in een druk stedelijk gebied als Brooklyn een van de grootste dakboerderijen ter wereld was gerealiseerd. Geen veelal bekend sedumdak, maar een dak waar ‘geakkerd’ werd. Een dak waar groente, fruit en kruiden geteeld werden en die vervolgens lokaal verkocht. Een hotspot waar sociale en duurzame innovatie hand in hand gingen. Dát wilde hij ook. Hij zag het ook helemaal voor zich. Zijn verlangen voor het hebben van een eigen dakakker in Rotterdam werd – naast zijn persoonlijke drijfveren – ook gestimuleerd door zijn bestuurlijke rol bij het Rotterdams Milieucentrum. Het belang van dit centrum is om van Rotterdam een natuur – en milieuvriendelijke stad te maken. Een stad waar het goed, gezond en veilig wonen is!

Partners met verbeeldingskracht
Om zijn plannen daadwerkelijk te kunnen realiseren ging hij op zoek naar partners met gelijksoortige verlangens. Partners die er – net als hij  – in geloofden dat er binnen stedelijk gebied volop ruimte is voor meer groen waardoor een stad klimaatbestendiger, socialer en aantrekkelijker gemaakt kan worden. De meest voor de handliggende partner was architectenbureau ZUS (Zones Urbaines Sesibles) die onder hetzelfde dak gevestigd zijn. Dit bureau staat bekend om zijn progressieve stijl die zijn basis kent in de verbeeldingskracht van tegenstellingen. Hun projecten zijn altijd fundamenteel verankerd in de stad, het publieke domein en binnen de bestaande tradities van architectuur, stedenbouw en landschapsontwerp. Dus een ‘boerderij op een dak midden in een stad’ paste volledig binnen hun filosofie. De architecten van ZUS hadden het plan van Emile van Rinsum dan ook perfect doorontwikkeld op papier. Bovendien waren de eigenaren van dit bureau ook de bedenkers en ontwerpers van De Luchtsingel. Later zou blijken hoe belangrijk dit initiatief was voor realisatie van de DakAkker.

Vakmanschap brengen
Op papier zag het er al uitnodigend uit. Maar hoe zat dat met de praktijk? Rob Luyk – bedrijfsleider van Binder Groenprojecten –  vertelde de deelnemers dat hij en zijn team graag die uitdaging aan wilden gaan. Bovendien zag Rob Luyk mooie raakvlakken met hun missie: “Duurzaam & integraal samenwerken in de keten met “groen” als product, middel en verbinder.” Door bij te dragen aan de realisatie van dit bijzondere innovatieve dak konden zij aan de buitenwereld laten zien dat er nog meer te bereiken viel met groene daken. Rob Luyk voelde zich ook persoonlijk aangetrokken tot deze kans, omdat hij als kind graag zelf groente verbouwde. Hij zag al voor zich hoe de DakAkker zou kunnen bijdragen aan de ‘groene vingers’ van kinderen in de stad. En zo ontstond gaandeweg een aaneenschakeling van betrokken partners die zich 100% wilden inzetten om de grootste dakboerderij in Nederland te realiseren. Het ging hen niet om wat ze konden ‘halen’ volgens Rob Luyk, maar wat ze aan waarde konden toevoegen met hun vakmanschap. De partners deelden hetzelfde verlangen om iets goed te doen voor de stad Rotterdam waardoor ruimte ontstond voor ieders belang. Dat zorgde voor een daadkrachtig en elkaar aanvullend partnerschap. De onderstaande waardencirkel, door Rob Luyk getoond aan de deelnemers, liet goed zien hoe de verschillende belangen en hieraan verbonden vakmanschap samen een groter verlangen dienden en meervoudige waarden creëerden.

De satellietverbinding zorgde voor de middelen
Het was natuurlijk fantastisch dat mensen bereid waren hun kostbare tijd te schenken en er daardoor een concreet plan op tafel lag. Alleen ontbrak het nog aan financiële middelen om het daadwerkelijk te realiseren. In 2011 organiseerde de gemeente Rotterdam het eerste stadsinitiatief om bestuurlijke vernieuwing en burgerparticipatie te stimuleren. De inwoners van Rotterdam werden opgeroepen om projecten in te dienen die o.a. de kwaliteit van leven in de stad zou verbeteren. Vanuit het stadsinitiatief werd een bedrag van 4 miljoen gereserveerd om het gekozen project te realiseren. Om een lang verhaal kort te maken. Vlak voor de deadline van de indiening van de projecten zocht Emile van Rinsum opnieuw het partnerschap op met ZUS en sloot hij zich met de DakAkker aan bij het initiatief De Luchtsingel. Met deze singel wilden de bedenkers (ZUS) Rotterdam Noord verbinden met Rotterdam Centrum om op die manier nieuw leven te brengen in een vergeten gebied. De DakAkker paste als ‘satellietverbinding en placemaking’ perfect binnen dit plan. Gelukkig maar, want De Luchtsingel werd verkozen tot het eerste stadsinitiatief.

Optimistische drammerigheid loont
Eindelijk was er het geld om het materiaal aan te schaffen. Dankzij de inzet van alle partners kon binnen twee weken de DakAkker ‘gebouwd’ worden. Emile van Rinsum en Rob Luyk herinneren zich dat deze dagen aanvoelden als kleinschalig festivalletje. Het beeld dat in hun hoofd zat, de bestemming die zij voor hun zagen, werd eindelijk werkelijkheid. Bovendien was dat ‘feestje’ niet onopgemerkt gebleven en kreeg de DakAkker na de opening de hele wereldpers op z’n dak. Rotterdam had er een nieuw icoon bij dankzij die optimistische drammerigheid.

Verschil in belang
Al 7 jaar bewijst de DakAkker een geweldige dienst voor de bewoners van de stad en draagt het bij aan de wereldwijde bekendheid van de stad. Alleen iets wat al 7 jaar veel publiek trekt, vraagt ook om dagelijks beheer en onderhoud. Volgens Emile van Rinsum is dat dit wellicht nog een grotere uitdaging dan de realisatie zelf. Zo zaten ze recentelijk met het probleem wie financieel verantwoordelijk was voor het groot onderhoud. De DakAkker is namelijk gerealiseerd op een ‘stukje (dak)grond’ van een gebouw (Het Schieblock) waar de gemeente Rotterdam vastgoedeigenaar van is. Kortom een unieke en een lastige kwestie die om een creatieve houding vroeg van de gemeente, omdat nog niet eerder een gebruikersovereenkomst voor een dak was opgesteld. Twee weken na deze MakeYourMind Meeting is het eindelijk gelukt en werd op zaterdag 1 juni het eerste dakcontract met de gemeente Rotterdam ondertekend. Emile van Rinsum en Rob Luyk zijn hier heel blij mee omdat het meer zekerheid biedt om verder te investeren maar ook omdat er nu één partij is waarmee afspraken gemaakt kunnen worden over het gebruik van de DakAkker. Opnieuw hebben beide heren laten zien hoe je vanuit een gedeeld verlangen (DakAkker behouden), verschillende belangen (wie draait voor de kosten op) en professioneel vakmanschap (ieder draagt bij aan de oplossing op basis van zijn of haar unieke persoonlijke rol/expertise) innovatief partnerschap creëert.

Het begint met de eindbestemming
Een van de deelnemers vatte het ontstaan van de DakAkker als volgt samen: “Je bouwt aan een brug terwijl je er overheen loopt.” 7 Jaar geleden was de brug klaar en daarna startte men pas met de routebeschrijving. Je zou de conclusie kunnen trekken dat je voorafgaand het bouwen van de brug je rekening houdt met de bewegwijzering. Maar leent pionieren zich daar eigenlijk wel voor? Want de DakAkker is een knap staaltje pionierswerk. Partners die bij willen dragen aan de realisatie van ambitieuze en nog niet eerder gerealiseerde ideeën inspireer je op basis van de verbeeldingskracht van de eindbestemming. Je appelleert aan een gemeenschappelijk verlangen. Emile van Rinsum vond in ZUS de partner die zijn idee visueel maakte. Dit zorgde er weer voor dat Rob Luyk raakvlakken zag met de visie die Binder heeft over een groene stad. Zo ontstond er partnerschap voor het leven. Op basis van beelden van de bestemming en niet op basis van procedures van de reis. Dus wellicht is het maar goed ook dat Emile van Rinsum begonnen is met zijn droom te visualiseren zonder te veel na te denken over alle mogelijke obstakels. Zoals hij dit mooi verwoorde: “eerst wilden we de DakAkker en toen zaten we ermee”.  Hadden hij en alle partners vooraf geweten wat hen nog allemaal te wachten stond, dan was de kans groot dat de DakAkker nooit was gerealiseerd.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *